Leeftijd | Man | Vrouw |
---|---|---|
< 18 j | Streefwaarden afhankelijk van risico: Zeer hoog ris.: <55 Hoog risico: <70 Matig risico: <100 Laag risico: <116 mg/dl |
Streefwaarden afhankelijk van risico: Zeer hoog ris.: <55 Hoog risico: <70 Matig risico: <100 Laag risico: <116 mg/dl |
> 18 j | Streefwaarden afhankelijk van risico: Zeer hoog ris.: <55 Hoog risico: <70 Matig risico: <100 Laag risico: <116 mg/dl |
Streefwaarden afhankelijk van risico: Zeer hoog ris.: <55 Hoog risico: <70 Matig risico: <100 Laag risico: <116 mg/dl |
Inschatting van het cardiovasculair risico.
Low density lipoprotein (LDL) verzekert het transport van cholesterol van de lever naar de weefsels. LDL vormen de meest atherogene fractie van de plasmalipiden. Een gestegen LDL-cholesterol gehalte impliceert een gestegen cardiovasculair risico.
LDL cholesterol kan rechtstreeks worden gemeten, maar het is veel eenvoudiger het LDL-cholesterol te berekenen (vroeger via de formule van Friedewald, thans verbeterd door de formule van Martin-Hopkins). Hiervoor heeft men het totaal cholesterol, het HDL-cholesterol en de triglyceridenwaarden nodig.
Bij congenitale lage waarden van apolipoproteïne B ontstaat een hypobetalipoproteinemie. Hierdoor kunnen secundaire tekorten van bepaalde vetoplosbare vitamines (voornamelijk K en E) ontstaan.
Verhoogd:
Toegenomen cardiovasculair risico.
Verlaagd:
Hypobetalipoproteinemie (dit impliceert een risico voor het ontwikkelen van vitaminedeficiënties E en K).