Analyse

Antwoordtijd:
Maximaal 24 uur na ontvangst
Uitvoeringsfrequentie:
Dagelijks
ISO 15189 accreditatie?:
neen
EQC Deelname?:
ja

Wetenschappelijk

Wetenschappelijke Info:

Testindicaties:


Om de bloedgroep (0, A, B of AB) en de rhesusfactor vast te stellen. Het ABO-bloedgroepsysteem is het belangrijkste bloedgroepsysteem voor de transfusiepraktijk.


(Patho-)fysiologie:


Het ABO-systeem was het eerste bloedgroepensysteem en werd in 1900 door Landsteiner ontdekt. Het is nog steeds het belangrijkste bloedgroepensysteem voor de transfusiepraktijk. Dit komt omdat in plasma van ieder individu, vanaf enkele maanden na de geboorte, antistoffen aanwezig zijn tegen de antigenen van het ABO-systeem die bij hem/haar ontbreken Er worden vier bloedgroepen onderscheiden in het systeem, namelijk A, B, AB (A en B die codominant zijn) en O (noch A, noch B aantoonbaar). In het plasma zijn van nature antistoffen aanwezig, gericht tegen die antigenen die bij een bepaalde persoon ontbreken.


Bij transfusie met een ABO-incompatibel bloedbestanddeel kunnen deze ABO-antistoffen een acute hemolytische transfusiereactie veroorzaken, soms zelfs met fatale gevolgen. De kans dat een ABO-incompatibele transfusie wordt gegeven is afhankelijk van een groot aantal variabelen. Uit diverse onderzoeken is gebleken dat identificatiefouten, met name administratieve fouten een belangrijke rol spelen. In een grootschalig Amerikaans onderzoek uit de jaren tachtig werd de kans op overlijden door transfusie met een ABO-incompatibel RBC-concentraat geschat op 1:100.000 tot 1:600.000. Daarom wordt vanuit Labo Maenhout, tevens volgens advies van de Hoge Gezondheidsraad, het bloedgroepkaartje pas meegegeven na een tweede bepaling van de bloedgroep.


Betekenis van het resultaat:


De uitslag van de bloedgroeptypering geeft aan of men bloedgroep A, B, AB of 0 heeft. Daarnaast wordt vastgesteld of men de rhesusfactor al dan niet bezit (rhesus-positief dan wel rhesus-negatief is). 


Voor een zwangere vrouw is het met name van belang om te weten of zij rhesus-positief of rhesus-negatief is. In het laatste geval wordt aanvullend onderzoek tijdens de zwangerschap uitgevoerd en komt zij in aanmerking voor het ontvangen van rhesus-antiserum.


Aandachtspunten:


Een afzonderlijke EDTA-tube is vereist voor de bloedgroepbepaling. Een bloedgroepkaart wordt slechts bezorgd aan de patiënt wanneer de bloedgroep twee maal bepaald werd op twee onafhankelijk van elkaar afgenomen bloedmonsters. Pas dan wordt de bloedgroep als definitief beschouwd.

Nomenclatuur

Nomenclatuurcode:
555015
Beschrijving:
555015 - 555026 B 150 Bepalen van de bloedgroepen ABO-RH1 #(Maximum 1)
Bron: RIZIV website op 01/03/2024

Laatst gewijzigd op

2018-05-07 11:32:00